6.81 Geëscaleerde zorg 18+

Vanwege een ruimere compensatie vanuit het Rijk met betrekking tot de vertraagde uitstroom van cliënten naar de WLZ werd een voordeel van € 3.092.000 verwacht op Beschermd wonen.
Van dit bedrag is € 2.650.000 via het reserveringsdossier 2021 gereserveerd voor 2022 voor projecten in het kader van de ambulantisering van de GGZ en de kosten die gepaard gaan met de doordecentralisatie van Beschermd wonen, inclusief die voor het regionale innovatieprogramma.

Door een grotere uitstroom van cliënten naar de WLZ dan verwacht zijn minder zorgkosten gemaakt. Dit resulteert, rekening houdend met de meerkosten beschermd wonen van € 132.000 alsnog in een voordeel van € 456.000. Hiermee samenhangend is de geïnde eigen bijdrage € 210.000 lager en zijn de meerkosten gedekt uit de saldireserve specifiek coronamiddelen.

In 2021 zijn extra middelen beschikbaar gesteld van € 2.750.000 voor zorg en ondersteuning aan de meest kwetsbare inwoners, voor de brede aanpak en extra begeleiding van dak- en thuislozen en voor acute crisisopvang in het kader van de vrouwenopvang. Een deel van deze middelen (€ 1.829.000) is via het reserveringsdossier 2021 gereserveerd voor 2022. Uiteindelijk resteert een voordeel van € 249.000.

De kostenraming voor de winternood 2021-2022 valt, onder andere door duurdere huisvesting, hoger uit dat vooraf geraamd. Dit zorgt in 2021 voor een overschrijding van € 385.000.

Door een tekort van plekken in de maatschappelijke opvang voor gezinnen is het in 2021 vaker noodzakelijk geweest om alternatieve locaties in te zetten. Hierdoor is een overschrijding van € 145.000 op het budget voor crisiskosten te zien.

In 2021 hebben we € 2.882.000 uitgegeven aan meerkosten voor maatschappelijke opvang (extra locaties, meer bedden etc). In de eerdere raming gingen we uit van een bedrag van € 2,5 miljoen. De aanvullende kosten worden gedekt uit de saldireserve specifiek. Ook landelijk zien we een stijging van deze kosten. Het Rijk heeft hiertoe de vergoeding voor meerkosten in de decembercirculaire 2021 eveneens bijgesteld. Deze middelen worden in 2022 in de saldireserve specifiek onderdeel coronamiddelen gestort.

Via de Decentralisatie Uitkering Vrouwenopvang (DUVO) ontvangen we als centrumgemeente middelen om Veilig Thuis te bekostigen. De DUVO dekt de kosten Veilig Thuis niet helemaal, dus alle gemeenten dragen ook eigen middelen bij. We hebben de begroting 2021 met eigen middelen verhoogd om de verwachte kosten voor Veilig Thuis te kunnen dekken. In de septembercirculaire 2020 zijn de DUVO-middelen echter structureel verhoogd, zodat deze eigen middelen en een deel van de DUVO-middelen in 2021 vrij kunnen vallen tgv het rekeningresultaat (€ 371.000).

We stellen voor deze middelen aanvullend te reserveren voor 2022. In 2021 manifesteerde zich een enorm probleem in de continuïteit van de jeugdbescherming, in heel Brabant. Door diverse omstandigheden werd de druk op de lokale gemeentelijke teams daardoor groter. Daarom wordt aan de raad voorgesteld om het overschot aan middelen 2021 te BESTEMMEN en over te hevelen naar 2022 om in te zetten ter versteviging van de begeleiding van deze gezinnen door de lokale teams van WIJEindhoven. Daar hebben we in 2021 al een eerste start mee gemaakt en op deze manier kunnen we de jeugdbescherming verder ontlasten.

In de begroting 2021 is een te laag budget geraamd voor de intramurale gezinsopvang. De dekking is gevonden uit het budget voor slachtoffers huiselijk en eergerelateerd geweld (overige geescaleerde zorg).

In 2021 hebben er geen projecten gelopen met betrekking tot huiselijk en eergerelateerd geweld, waardoor het budget ingezet kon worden om het tekort bij de gezinsopvang te dekken.